Opening 40-dagencampagne in het Jaar van Gebed
Op Aswoensdag opent Mgr. Van den Hende de 40-dagencampagne met een eucharistieviering en het askruisje in de kapel van het bisdomkantoor. Met de 40-dagencampagne wil het bisdom Rotterdam het diaconale werk - als evangelische opdracht van de Heer - in parochies zichtbaar maken. Zeker in de Veertigdagentijd zijn er veel diaconale initiatieven waarvoor priesters, diakens, pastoraal werkers en vrijwilligers zich inzetten voor een netwerk van liefde.
“Het gaat in de vastentijd naast gebed, vasten en toeleg op de sacramenten ook om naastenliefde en aalmoezen geven”, zegt Mgr. Van den Hende tijdens de homilie. “De Veertigdagentijd is een tijd om te herademen. We zingen vandaag woorden uit Psalm 51: ‘schep in ons een zuiver hart’. Dat mogen we voortdurend herhalen in deze periode van voorbereiding op Pasen. Dat ons hart gericht is op de Heer, en dat ons hart ook meer en meer vervuld mag zijn van wat de Heer bezighoudt in zijn hart: rechtvaardigheid, streven naar vrede en naastenliefde.”
“Moge het Askruisje dat we vandaag ontvangen niet alleen een uiterlijk teken zijn, maar een afspiegeling van wat binnen in ons aanwezig is en verder groeit op uitnodiging van de Heer.”
“Het is kostbaar om in deze kapel, in ons eigen huis Aswoensdag te vieren. Het is een kapel die je vanaf buiten niet ziet. Je zou denken dat het perfect aansluit bij het evangelie van vandaag: dat je moet bidden in het verborgene (Matteüs 6, 1-6+16). Zouden we daarom alleen maar in het geheim moeten bidden? Gaan we met een Jaar van Gebed dan teveel naar buiten? Nee, als de Heer spreekt over bidden in het verborgene, gaat erom dat het gebed vanuit ons hart allereerst voor God bestemd is, voor de Heer die in het verborgene is.”
“Wat is dat verborgene dan? Het is niet een bezemkast waar nooit iemand komt. Het is ons hart waar de Heer zijn verblijf wil nemen. De Heer wil dicht bij ons zijn in onze gedachten, onze verlangens en door ons geloof. We zullen in deze periode van de Veertigdagentijd ook horen in de Schrift dat God de zondaar niet wil afwijzen, maar juist bemint. De zonde wijst Hij af, maar de persoon blijft Hij met liefde aanzien. Hij ziet naar ons hart.”
“Moge het Askruisje dat we vandaag ontvangen niet alleen een uiterlijk teken zijn, maar een afspiegeling van wat binnen in ons aanwezig is en verder groeit op uitnodiging van de Heer. Hij ziet in het verborgene. Hij ziet in ons hart waar zijn genade nodig is en hij ziet waartoe onze goede wil in staat is.”