“In het themajaar van de roepingen staan we stil bij onze Kerk als gemeenschap van geroepenen. Het woord ‘roeping’ staat in het meervoud.” In zijn openingsbijdrage in Tussenbeide legt Mgr. Van den Hende uit: “Dat is niet zonder reden.”

“In de Bijbel lezen we dat God verschillende mensen roept en uitnodigt. Abraham hoort Gods roepstem en gaat in vertrouwen op weg (Genesis 12). De jonge Samuel zegt: ‘spreek, uw dienaar luistert’ (1 Samuel 3). Maria beantwoordt haar roeping met de woorden: 'mij geschiede naar uw woord' (Lucas 1, 38). In psalm 40 wordt gezongen: ‘hier ben ik, uw wil te doen in mijn vreugde’.

God roept niet alleen in het verleden maar ook nu. Niet zozeer met luide stem, maar eerder in ons hart en ons geweten, op basis van onze talenten en gaven, in bepaalde omstandigheden, bij monde van concrete mensen. De roepstem van de ene Heer en een veelheid aan roepingen. De apostel Paulus beschrijft de Kerk, gemeenschap van geroepenen, als een lichaam met verschillende ledematen, die elkaar van dienst zijn en die elkaar aanvullen (1 Kor. 12, 12-31 / Rom. 12, 4-5).

In de Paaswake hernieuwen we het geloof van ons doopsel: ik geloof. Op Roepingenzondag (4e zondag van Pasen) bidden we om nieuwe roepingen tot het priesterschap en het diaconaat. Wanneer het Pinksteren wordt (einde Paastijd) vertrouwen we op Gods Geest die ons inspireert en kracht geeft, om met de gaven die wij van de Heer gekregen hebben mee te doen aan de opbouw van de Kerk en aan de verspreiding van het evangelie in ons dagelijks leven.

Zo krijgt het Jaar van de Roepingen in de Paastijd alle aandacht en ieder van ons een nieuwe kans om te zeggen: hier ben ik.”

• Lees ook de brief van de bisschop bij de start van het diocesane Jaar van de Roepingen