Tijdens de Vuurdoop op zaterdag 19 mei in Rotterdam volgen de vormelingen en begeleiders verschillende workshops. Een indrukwekkende workshop wordt gegeven door de Voedselbank Leerdam. Mariëtte Fleur en Martine Visser vertellen hoe zij met de Voedselbank armoede en verspilling tegengaan: “We willen jullie laten zien dat je het verschil kunt maken in deze wereld.” De Heilige Geest maakt mensen enthousiast om zich in te zetten voor hun medemens.

Ze vertellen dat de werken van barmhartigheid (Matteüs 25) laten zien hoe je heel praktisch christen kunt zijn. Ze leggen uit hoe mensen in financiële problemen kunnen komen. En ze vertellen een aangrijpend verhaal over een gezin met kleine kinderen, dat maandenlang hun armoede verborgen wist te houden nadat gas, water en licht waren afgesloten. “Maar het is geen schande als je in armoede terechtkomt. En we kunnen pas helpen als we weten dat er een probleem is. En daar zijn jullie ook heel belangrijk in”, vertelt Mariëtte Fleur.

De jongeren zijn onder de indruk van het verhaal. Ze weten ook hoe ze zelf iets kunnen doen. Een van de meisjes vertelt dat de parochie eenmaal per jaar spelletjes inzamelt voor kinderen. “Het gevoel dat je krijgt als je niet genoeg geld hebt, maakt dat je je eenzaam voelt. Er zijn kinderen die geen cadeautje mee kunnen nemen naar een verjaardag en die daarom thuis blijven. En als je zelf jarig bent, is het ook lastig om mensen uit te nodigen.” Bijna één op de vijf kinderen in de stad Rotterdam leeft in armoede. De Voedselbank in Rotterdam deelt wekelijks 2.500 à 3.000 voedselpakketten uit. Als ze om zich heen kijken op school zien de vormelingen dat ook. Ze vertellen over kinderen die lang dezelfde kleren dragen en kinderen die niet altijd eten bij zich hebben. “Je kunt iets betekenen door aardig te zijn tegen iemand”, vertelt een van de deelnemers. “Deel van wat je hebt en haal, als je bijvoorbeeld een ijsje gaat halen, één of twee ijsjes extra als je dat kunt, zodat je uit kunt delen.” Maar hoe helpt de Voedselbank om problemen te voorkomen, wil een van de vormelingen weten. De Voedselbank geeft ook cursussen en budgetles. “Maar het begint met contact met de ander en het opbouwen van vertrouwen, zodat mensen met jou durven te praten over hun problemen.”

Een andere workshop wordt gegeven door de blauwe zusters uit Den Haag. Zij werken dit jaar voor het eerst mee aan de Vuurdoop. Zuster Nadiya: “We vinden het leuk om kennis te maken met de vormelingen. Ze hebben vaak nog nooit een zuster gezien.” Wat is het belangrijkste dat de zusters hen vandaag mee willen geven? Zuster Nadiya verwijst naar het diocesane Jaar van Gebed: “We vertellen dat het belangrijk is om met de hulp van de Heilige Geest een gebedsleven te hebben en met God te spreken. Wat wij als zusters kunnen doen, komt alleen door ons gebedsleven. Iedere christen wordt geroepen om in zijn of haar leven zo’n gebedshouding op te bouwen. Zo leer je de wil van God kennen, die de goede dingen wil voor je leven.” De zusters krijgen veel praktische vragen. Hoe hun kleding heet en over het werk van de zusters voor arme mensen.

Ondertussen gaan Mgr. Van den Hende, vicaris Henri Egging en priester Eli Stok in groepen in gesprek met de begeleiders. Ze lezen 1 Korintiërs 12, 4-11 over de gaven van de Geest. Bij de opening van de Vuurdoop werden zeven gaven van de Geest uitgebeeld. De brief van Paulus aan de christenen van Korinthe noemt weer andere gaven. Een van de begeleiders vraagt hoeveel gaven van de Geest er zijn. Mgr. Van den Hende: “Zeven is het getal van de volheid. Dat wil zeggen dat je alles mag vragen wat je nodig hebt. Dus we mogen gerust verder tellen dan zeven.” In de tekst valt op, reageert een ander, dat jij als persoon niet alles ontvangt, dat je dus niet alles zelf hoeft te doen, maar bij elkaar mag aansluiten. Mgr. Van den Hende: “We ontvangen allemaal gaven. En omdat ze van dezelfde Geest komen, dragen ze alle bij aan het geheel.”

Het gesprek gaat verder over de talenten die mensen in kracht van de Geest van God krijgen. Een van de deelnemers constateert dat je met die talenten altijd een bijdrage kunt geven aan het geheel: “De hedendaagse maatschappij legt de lat vaak hoog. Je moet uitblinken. Maar je kunt altijd jouw bijdrage leveren. Je hoeft daarvoor niet beter te zijn dan een ander.” Het betekent ook dat je blij mag zijn met de talenten van anderen, reageert Mgr. Van den Hende, en dat je je mag verheugen over waar een ander goed in is: “Samen maak je het tot een geheel. Het lijkt soms dat salaris gelijk staat aan de waardering van een talent. Maar als we geloven dat de Heilige Geest maatwerk levert, dan komen de wiskundeknobbel en het timmermansoog beide van God.”

“Deze mensen bereiden de vormelingen voor, maar het gaat nu even om jullie, heb ik gezegd”, vertelt vicaris Egging na afloop van zijn workshop. “De begeleiders van de vormelingen zijn heel bewust met hun geloof bezig. Ze zetten zich in vanuit hun gelovige betrokkenheid. Het is leuk en belangrijk om op deze dag zo met elkaar in gesprek te zijn. Je kunt veel vertellen over deze bijbeltekst. Maar eigenlijk moet je die tekst tot je hart laten spreken, want het is Gods woord. God spreekt tot je hart. Dus hebben we ons hart opengezet voor wat deze tekst ons wil zeggen.”

• Lees ook Vuurdoop: Honderden vormelingen bidden samen om de Heilige Geest