“Paus Franciscus zegt, dat wij ons kwetsbaar kunnen voelen en misschien allerlei redenen vinden om te zeggen: Moet de Heer mij nou hebben als het gaat om de verspreiding van het evangelie? Is het nou zo belangrijk dat ík geloof, dat ík vertrouwen heb in de Heer? Kan Hij niet beter naar iemand anders gaan? Nee, zegt de paus, het geldt voor ieder van ons. Ieder van ons wordt door de Heer uitgenodigd.” Op 30 april hield bisschop Van den Hende tijdens de WJD@Home op Ameland de catechese “Sta op en kom in beweging”.

De catechese gaat over de boodschap van paus Franciscus voor de 36e Wereldjongerendag: “Sta op! Ik stel u aan tot getuige van wat u gezien hebt” (vgl. Handelingen 26, 16). Bisschop Van den Hende: “De paus wil graag dat jullie deze boodschap, deze bekering, deze roeping van Paulus overdenken. Want hij zegt: zo is de Heer met ieder van ons bezig. Zo heeft hij zijn apostelen geroepen vanaf het eerste uur en heeft Hij vele mensen aangesproken door de verkondiging van de leerlingen. Nu spreekt hij Paulus aan. En Paulus denkt, zegt de paus: ik hoor deze woorden niet voor het eerst, ik proef die liefde niet voor het eerst. En dan moet hij erkennen dat hij die liefde en die woorden van God al eerder gehoord heeft in het getuigenis van de leerlingen van het eerste uur en het getuigenis van de jonge Kerk. Zo herkent hij niet alleen Jezus als de verrezen Heer, maar herkent hij ook de Kerk als de gemeenschap waarin dat woord leeft en ook de liefde van God steeds opnieuw mag worden gedeeld en verkondigd.”

“Wat zou jij kunnen doen voor de Heer en zijn Kerk?” vraagt de bisschop. “We hebben als leerlingen van Jezus ook nu een missie, een boodschap, om samen te bidden om samen de liefde van God te delen en die te verkondigen, ook als het moeilijk is, ook als je je klein voelt. Ook als je denkt: wat moet de Heer nou met mij? Weet dan: Hij heeft je gemaakt en Hij roept je en alleen dat al is een reden om naar Hem toe te gaan en te zien wat jou te doen staat in woord en daad. […] Laten wij ons ook aanraken door de Heer en opstaan? In dat opzicht heeft de paus tijdens de WJD in Krakau wel gezegd dat jongeren niet te veel zitvlees moeten hebben, maar dat ze mensen moeten zijn die opstaan en in beweging komen. Geen ‘couch potatoes’ stond er in een Engelse vertaling. Geen ‘bankhangers’. Maar jongeren die zeggen: ja, we gaan erop uit met de kracht van de Geest in ons hart en met de uitdaging van de Heer en zijn uitnodiging.”

De bisschop wijst op het glas-in-loodraam van Titus Brandsma in de Sint-Clemens kerk, waar de jongeren te gast zijn. Op 15 mei wordt pater Titus heilig verklaard. De bisschop vertelt hoe Titus Brandsma in opdracht van kardinaal De Jong katholieke kranten langsging om te wijzen op het gevaar van de ideologie van het nazisme. Uiteindelijk werd hij gearresteerd. In de gevangenis in Scheveningen schreef hij teksten over zijn cel en over zijn dagorde en ook een tekst in opdracht van de Gestapo. De bisschop vertelt dat zijn oma hier twee boekjes van had en dat het bisdom Rotterdam ze opnieuw heeft laten drukken. Alle jongeren krijgen de twee boekjes met deze teksten van pater Titus mee.

“De paus zegt dat we moeten opstaan om een getuige te zijn. Zoals Paulus opstond en een getuige werd van de Heer, zo mogen ook wij opstaan en getuige worden. En dat betekent dat we dat samen mogen doen in de gemeenschap van de Kerk”, zegt de bisschop. “Wij waren er niet bij toen Jezus opstond uit de dood. Wij waren er niet bij toen Jezus wonderen verrichtte. Maar we mogen wel van de Kerk horen en met name ook in het evangelie, dat de Heer zo vol liefde met ons is omgegaan. En dan mogen we die boodschap van de eerste leerlingen aannemen om ook zelf de moed te hebben om te geloven, om op te staan en Christus’ liefde uit te dragen. Zoals Titus Brandsma gedaan heeft, mogen ook wij doen. Misschien voelen wij ons klein en kwetsbaar, maar weet: als de Heer roept, krijg je de kracht. Als de Heer je roept, krijg je de inspiratie. Als de Heer je roept, stelt Hij ook jou in staat om te doen wat Hij met jou voorheeft.”

Voordat de jongeren aan de hand van gespreksvragen met elkaar verder praten, is er gelegenheid om vragen te stellen aan de bisschop. De vragen gaan met name over roeping. Een van de jongeren vraagt: “Hoe kun je zeker weten dat je bent geroepen door God en wat moet je dan doen?” De bisschop antwoordt dat je zekerheid kunt krijgen over je roeping door erover in gesprek te gaan, er niet alleen op je eigen zolderkamer over te blijven piekeren, maar er met leeftijdgenoten en in de Kerk over in gesprek te gaan en in het gebed te luisteren naar wat God wil zeggen: bidden, je hart openen en in de gemeenschap van de Kerk kijken wie je daarbij op weg kan helpen.

“Hoe weet je dat God er voor je is?” vraagt een ander. De bisschop vertelt dat het vertrouwen dat God er is, in je hart mag groeien. God zelf gaat met ons een dialoog aan. Door in de Kerk met mensen op te trekken en door samen te bidden en te vieren mag het geloof groeien dat God er voor je is. Het is een verbondenheid met de Heer in het vertrouwen dat Hij er is, en dat je dat kunt ervaren door de dingen die je meemaakt, de keren dat je overeind geholpen wordt, de keren dat je mensen ontmoet die jou de goede weg wijzen.

“Iedereen krijgt van God een opdracht in het leven, iedereen heeft een rol. Denkt u dat iedereen die rol ook weet te vervullen, zowel binnen als buiten de Kerk?” is een derde vraag. God heeft inderdaad met ieders leven een bedoeling, antwoordt de bisschop. God spreekt ieder mens aan in zijn of haar hart. Maar niet iedereen luistert daarnaar. En dan kom je niet of onvoldoende toe aan die diepere bedoeling van God met je leven. En als je wel met God op weg gaat in de Kerk is het ook nog wel spannend, omdat enthousiasme kan afbrokkelen en je het vuur vast moet houden en ook af en toe weer opnieuw je roeping moet herontdekken.

• Download de catechese van de bisschop
• Download de boodschap van de paus WJD 2021 (met de gespreksvragen van WJD@Home)
• Bekijk ook: Fotoverslag van de WJD@Home op Ameland