Bisschop Van den Hende sluit meimaand af in bedevaartsoord Zegge

Het is belangrijk om te blijven bidden

image

Foto: Bisdom Rotterdam

Op 31 mei werd in Zegge (bisdom Breda) de meimaand afgesloten met rozenkransgebed, een eucharistieviering en processie. Bisschop Van den Hende was uitgenodigd als hoofdcelebrant in de viering en droeg de monstrans met het Allerheiligste tijdens de processie. Bisschop Liesen van Breda had op 1 mei de Mariamaand in Zegge geopend.

De Mariadevotie in Zegge gaat er terug op een legende, waarin een schipper tijdens de Sint-Elisabethsvloed (1421) beloofde een kapel te bouwen als hij behouden aan land zou komen. De kapel aan de Onze Lieve Vrouwestraat is een bedevaartsoord. In de kapel werden in de meimaand vele extra kaarsen aangestoken. Tegenover de kapel staat de Maria Boodschapkerk. Daar werden in de meimaand extra eucharistievieringen gehouden.

Zo ook de eucharistieviering met bisschop Van den Hende op 31 mei, het feest van Maria Visitatie. In het evangelie wordt gelezen over het bezoek van Maria aan haar nicht Elisabeth (Lucas 1, 39-56). Bisschop Van den Hende: “Maria gaat op weg. En als ze bij haar nicht Elisabeth komt laat ze haar vreugde blijken. Ze laat haar geloof spreken als ze uitgebreid het Magnificat zingt: mijn ziel prijst hoog de Heer, Hij heeft omgezien naar mij, een klein mens. Als wij vandaag hier zijn dan mogen we in geloof beseffen dat Gods liefde zo groot is dat Hij niet ver weg blijft, maar in ons midden komt. Hij wordt mens.”

image

Kaarsen in de Mariakapel van Zegge. (Foto: Bisdom Rotterdam)

“Wij mogen ervan overtuigd zijn dat Gods liefde dichtbij komt, dat Maria, die de moeder van de Heer werd haar taak met groot geloof en groot vertrouwen heeft vervuld. Maar er is ook een vraag aan ieder van ons: geloven wij ook dat God dichtbij ons komt? Want dat is wat we mogen vieren vandaag. Wij die deze kerk bezoeken, die dicht bij de Heer en zijn moeder Maria willen zijn, ook wij mogen beseffen dat God dichtbij ons wil zijn in ons leven.”

“In deze tijd is het belangrijk om te blijven bidden. Want juist wanneer wij bidden kunnen we ons meer bewust worden van het feit dat God in ons leven is. Wanneer wij bidden, kunnen wij onze vragen en noden aan Hem voorleggen, delen wat ons ter harte gaat”, preekt de bisschop. “Zoals Maria in het evangelie haar nicht bezoekt en haar geloof en haar vreugde deelt, mogen ook wij in de kerk, waar wij de Heer en zijn moeder bezoeken, ons geloof en onze vreugde met elkaar delen.”

“Die vreugde is geen goedkope vreugde van handen in de lucht en slingers aan het plafond. Het is een andere vreugde, namelijk dat God ons kent. We hoeven aan de Heer niet zoveel uit te leggen. Niet voor niets zegt Jezus dat we mogen bidden zonder omhaal van woorden (Matteus 6, 7-8). Woorden die uit ons hart komen als wij bidden, zijn voor de Heer voldoende om te weten hoe het met ons gaat. En dat is een vreugde, broeders en zusters, die sterker is dan mooie dagen. Dat is een vreugde die ook door tranen heen kan breken als we weten: de Heer is met ons en ons leven schat Hij naar waarde, want Hij heeft ons zelf gemaakt.”

image

De bisschop draagt de monstrans met het Allerheiligste tijdens de processie. (Foto: Ramon Mangold)

Het einde van de meimaand betekent daarom ook geen einde van het gebed, benadrukt de bisschop: “Ik zou u willen vragen nu we op de laatste dag zijn van de meimaand, om niet nu uw gebedsleven af te sluiten en te wachten tot volgend jaar. De Heer gaat elke dag met ons mee. In ons hart, in ons huis, in ons leven. Daarom mogen we volharden in gebed. En als we dan toch bidden (cf. Lucas 18, 1; 1 Tessalonicenzen 5, 17), laten we niet alleen bidden voor onszelf, voor onze eigen noden, maar ook anderen in ons gebed noemen die ons ter harte gaan, die misschien het vertrouwen in God verloren hebben, en anderen die op ons gebed rekenen.”

image

Foto: Ramon Mangold